Was Humeyra’s dood te voorkomen geweest?

Velen zijn in verdriet en verbijstering om de dood van het 16-jarige Rotterdamse meisje Humeyra, vermoord door een afgewezen minnaar die de afwijzing niet kon verkroppen en haar meermalen bedreigde. Een man ook die al eerder voor gewelddaden veroordeeld was. En een man die – tamelijk verrassend – zich na de moord gewillig door de politie liet arresteren. Humeyra had wegens een recente bedreiging weer aangifte gedaan en werd vermoord op de dag dat zij daarop bij de politie een toelichting zou geven.

Had de moord misschien toch voorkomen kunnen worden? Het meisje én de politie hebben gekozen hebben voor wat ik noem een justitiële aanpak: er is aangifte gedaan, de aangifte zou met het meisje besproken worden en daarna zou wellicht de politie in actie komen tegen de aangeklaagde man.

Maar was er geen psychologische aanpak mogelijk geweest, die misschien de wraakactie van de man had kunnen voorkomen? Het is duidelijk dat hij een geweldig psychisch probleem had; hij kon haar afwijzing niet accepteren. Ook was, minstens bij het meisje, bekend dat hij dat probleem met een gewelddadige wraakactie wilde ‘oplossen’. Een andere oplossing zag hij blijkbaar niet. Psychologische hulp voor de man was dus dringend nodig. Vandaar mijn hypothese: het zou beter geweest zijn, als de politie op de aangifte van het meisje gereageerd had met het voorstel, om voor een gesprek niet alleen háár te laten komen, maar ook de gefrustreerde minnaar. Misschien was er dan een gesprek op gang komen, waarin beide partijen hun hart hadden kunnen luchten en waarin bij beiden misschien begrip had kunnen ontstaan voor de gevoelens van de ander.

Zeker is dit allesbehalve – de dader had psychisch onbereikbaar en onbeïnvloedbaar kunnen blijken – maar het lijkt mij te simpel en te gemakkelijk, kalmering van de man op voorhand uit te sluiten. De rechter, die zich over eerdere misdragingen van hem had uitgesproken, had in ieder geval enig geloof in de kans op een goede ontwikkeling, want hij had de man wel een contactverbod opgelegd, maar hem niet van zijn vrijheid beroofd. Er was dus voldoende reden om hem psychosociale begeleiding aan te bieden.

Misschien is dat ook gebeurd en heeft het geen vruchten afgeworpen. Maar feit is: op dinsdag 18 december, de dag dat het meisje naar de politie zou gaan, verkeerde er ook een 31-jarige man in crisis, wiens probleem nauw met het hare verbonden was en voor wie deskundige hulp evenzeer noodzakelijk was.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *